vrijdag 28 oktober 2011

De overgave - Arthur Japin (deel 2)

Een hoog ‘Het kleine huis op de prairie - gehalte’. Pffff. Nou ja! Ik vrees dat ik toch nog even op De overgave terug moet komen. Als ik namelijk zo’n commentaar lees, denk ik stiekem ‘Ben ik nou zo oppervlakkig dat ik dat niet zie? Of (om met Van Gaal te spreken) zijn zij nou zo dom?’ Na spoedoverleg met collega S. (met wie ik vele boeken bespreek, een soort mini boekenclubje zeg maar) kom ik tot dat laatste.....

Want er valt zoveel over De overgave te vertellen. Er zit zoveel meer in dan alleen het verhaal van de overval.

Ten eerste is het zo geschreven, dat je geen partij kunt kiezen. Zelfs niet na die verschrikkelijke afslachting door de Comanches bij de Parkers.

“Midden in dat verhaal kijkt Quanah me aan en vraagt: ‘Kunt u misschien nog een kléin stukje opschuiven?’ Demonstratief kijk ik naast me. Ik heb precies nog een handbreed. Wat wil hij, dat ik van die bank af lazer? Ik snap werkelijk niet waarvoor die kerel zo veel ruimte nodig heeft, maar op hetzelfde moment schuift hij al in mijn richting. Met een nijdige ruk maak ik voor de allerlaatste keer plaats, maar al mijn ergernis lijkt aan hem voorbij te gaan.” p. 254

“En op die woorden geeft hij me weer een zetje. ‘Klein stukje nog?’ vraagt hij. ‘Klein stukje?’ bries ik. ‘Ik zit nog op een halve bil. Ik moet me al tegenhouden om er niet af te glijden, wat wil je, dat ik op de grond ga zitten, ga toch weg, zo meteen val ik van die veranda en dan mag jij me oprapen. Wat moet je toch, ben je krankzinnig? Ik kan nergens meer heen!’ ‘Net zo min als wij,’ zegt Quanah met zo’n triomfantelijk lachje, ‘en toch wordt ons ook elke keer maar weer gevraagd om nog meer plaats te maken.’” p. 255

En dan de figuur van de gesloten, ontoegankelijke Granny. Na alles wat ze heeft meegemaakt is ze haar vertrouwen in de mensheid kwijt en heeft ze geen zin meer in small talk of in medelijden van anderen. Maar ergens in haar zit nog die jonge Sallie, die op 9-jarige leeftijd hoop putte uit het zien van een circusolifant.

“Dat beest hield een belofte in. De gekleurde stenen die op haar hoofdstel waren geplakt onthulden een andere werkelijkheid die tot op dat moment voor mij verborgen was geweest. De manier waarop ze fonkelden in de zon was voor mij het bewijs dat er iets prachtigs bestond voorbij de wereld die ik kende. Elke flikkering leek de knipoog van een ongekende mogelijkheid. Ineens kon ik me voorstellen dat er meer was, heel veel meer en mooier ook, iets groters waarvan mijn eigen leven maar een afspiegeling is.”  p. 21

Later, in haar volwassen leven, komt die hoopvolle Sallie heel soms weer tevoorschijn, op momenten dat ze aan het genieten is van kunst.

“Ik wist dat ik er nooit zou komen, dat ik die fruitschalen en vergezichten, die Bijbelse taferelen vol wulpse naakte lijven nooit in het echt zou kunnen zien. Maar ze bestonden! Daar ging het me om. Ik wist dat ze ergens op de wereld waren. Er waren mensen die dergelijke droombeelden in hun geest hadden gezien en ze daarna hadden verwezenlijkt, en andere mensen keken daarnaar, elke dag, en genoten ervan. Ik had mijn leven. Daar was niets moois aan. Maar die plaatjes drongen erin door. Berichten uit een betere wereld.” p. 303

Fascinerend, dat schoonheid mensen hoop kan geven en kracht om door te gaan. Genoeg stof tot discussie over wat kunst met ons kan doen.

En dan: wanneer de Comanches gijzelaars tot zich nemen, nemen ze die op in hun stam en worden ze beschouwd als één van hen. Ongeacht hun taal, hun huidskleur, hun gewoonten. De blanken daarentegen die na hun verblijf bij de Indianen terugkomen bij hun eigen mensen, worden verstoten (zij zijn immers ‘met de Indianen geweest’ - dat dat tegen hun zin was doet er even niet toe) of op zijn minst niet meer begrepen en hun nieuwe gewoontes worden niet geaccepteerd. Wat zegt dat over deze verschillende culturen?

Uren kan ik doorpraten over dit boek.... Elke keer kun je weer de bocht om en een nieuw stukje ontdekken. Fraai gedaan, meneer Japin!

Volgende week een nieuw boek, dat beloof ik.

1 opmerking:

  1. Dit boek heeft zoveel lagen, dat een tweede blog welverdiend is!
    Heerlijk om te lezen dat het jou net zo bezig houdt als dat het mij toen deed. Daarom wordt het je geenszins kwalijk genomen dat er deze week geen nieuw boek was...

    Collega S. ;-)

    BeantwoordenVerwijderen